Steven Tooten
Zorgverleners moeten zorg verlenen in plaats van afspraken maken over hoe ze gegevens uitwisselen | Steven Tooten projectmanager bij REN West-Brabant en Twiin.

RSO Nederland is samen met VZVZ uitvoerder van het programma Twiin. Steven Tooten is klinisch informaticus en projectmanager bij RSO REN West-Brabant. Hij sluit ziekenhuizen en radiotherapeutische centra uit het oncologisch netwerk EMBRAZE aan op het Twiin netwerk.

Hoe worden beelden en verslagen nu uitgewisseld?

“Bij ons in de regio gebeurt dat voornamelijk via papier en dvd’s. Ook wordt er wel informatie uitgewisseld via XDS. Maar niet in grote aantallen. Daar zitten zowel bestuurlijke, organisatorische als technische redenen achter. Bestuurlijk zit de uitdaging in het maken van overeenkomsten tussen de ziekenhuizen. En de niet geringe kosten van XDS-implementaties. Ook moeten projectleiders, PACS-beheerders en diverse ICT-ers van verschillende instellingen worden vrijgemaakt om koppelingen werkend te krijgen en in gebruik te nemen. Dat is door capaciteitsgebrek vaak lastig. Men heeft het, zeker de afgelopen maanden, erg druk in die ziekenhuizen. Daarbij, technisch gezien blijft het lastig om verschillende systemen met elkaar te koppelen. Hierdoor kunnen de doorlooptijden van een project stevig oplopen.”

Waar wringt de schoen?

“Het probleem met XDS is dat iedereen de afgelopen 10 jaar zijn eigen ‘smaakje’ heeft gekozen. Zo zit de één in de cloud en de ander heeft een eigen ‘on premise’ oplossing. Al die smaakjes zijn niet makkelijk aan elkaar te koppelen. Je merkt dat iedereen wel beweegt richting cloud. Maar dat zijn helaas langdurige besluitvormingstrajecten. Voor nu zorgt Twiin er voor dat de dvd’s er uit gaan. Dat is goed nieuws. Al blijft het einddoel toch een landelijk XDS-netwerk. Daar moeten we op blijven sturen.”

Welke behoeften merk je bij de ziekenhuizen?

“Behoefte aan centrale regie. En Twiin pakt die op. Bij het opleveren van de eerste functionaliteit, het uitwisselen van beelden en verslagen, is er één leverancier geselecteerd voor heel Nederland. Dus geen keuzestress meer. De enige keuze die moet worden gemaakt is of een ziekenhuis vóór of tijdens de zomer wil implementeren. Zijn ze aangesloten op Twiin, dan maken ze deel uit van één landelijk dekkend netwerk. Dan heb je nagenoeg geen dvd’s meer nodig. Daarnaast is dit traject technisch gezien simpeler dan het XDS traject binnen het EMBRAZE-netwerk. Daarin moeten bijvoorbeeld afspraken gemaakt worden over UZI-passen en meta-data. Bij Twiin is er geen afstemming. Er is een een-op-een relatie tussen een ziekenhuis en een centrale infrastructuur met afsprakenstelsel. Dat voorkomt discussie en bespaart tijd.”

Twijfelen ziekenhuizen over de aansluiting op Twiin?

“Weet je wat het is? Mensen zijn een beetje moe. Er zijn veel spoedklussen geweest de afgelopen tijd. Denk aan koppelingen tussen de huisartsenposten en de SEH en het live brengen van het Covid19-portaal, op dringend advies van VWS. En dan kom ik nu weer aan met aansluiten op Twiin. Het is allemaal best veel. Maar of ze twijfelen? Dat valt wel mee.”

Wat zijn de eerste reacties op Twiin?

“De meeste ziekenhuizen zijn enthousiast over Twiin. Ze gaan er in mee en laten zich adviseren. Bijvoorbeeld bij de keuze tussen integratielevel 3 of 4. Niveau 3 is een vrij gemakkelijk in te richten instap-gateway. Maar als je echt heel gebruiksvriendelijk wilt werken, dan moet je niveau 4 hebben. Dan zit het ‘Versturen via Twiin’-knopje ingebouwd in je eigen PACS. Je hoeft dan niet meer naar een andere omgeving, naar een ander portaal. Maar dan komen er wel kosten bij van de PACS-leverancier om het knopje in te bouwen, inclusief de bijbehorende licenties. De vraag is of we daar dan direct mee moeten starten. Ik adviseer iedereen om te starten met niveau 3 en aan te geven dat je uiteindelijk voor niveau 4 gaat. Dan richten we het in voor niveau 3, zodat de gebruikers al een beetje kennis kunnen maken met de werkprocessen. Op de achtergrond gaan we dan al met niveau 4 aan de slag.”

Hoor je ook kritische tegengeluiden?

“Over het algemeen is de flow erg positief. Soms fronst er weleens iemand een wenkbrauw en zegt ‘we hebben toch XDS’? Dan leg ik uit dat de functionaliteit die Twiin nu biedt en XDS goed naast elkaar werken en elkaar juist aanvullen. Bijvoorbeeld het uitwisselen van beelden en verslagen bij  verwijzingen wanneer er geen XDS verbinding is. Daarover is ook een factsheet gemaakt”

Hoe praten ziekenhuizen onder elkaar over Twiin?

“Een mooi voorbeeld is het ETZ in Tilburg, dat het systeem wat Twiin aanbiedt al langer gebruikt. Als andere ziekenhuizen tussentijdse vragen hebben, dan krijgen ze antwoord vanuit ETZ. Het is mooi om te zien hoe die informatie wordt uitgewisseld. Je ziet onderlinge samenwerking ontstaan tussen afdelingen die normaal gesproken weinig met elkaar te maken hebben. Nu weten ze elkaar te vinden.”

Wat kunnen regionale projectleiders van Twiin van elkaar leren?

“Als regievoerder ‘empower’ ik de lokale projectleiders in ziekenhuizen. Ik stimuleer ze eigenaarschap te nemen binnen hun eigen ziekenhuis en faciliteer hierbij. Ik ga geen dingen binnen hun PACS regelen. Ze moeten zelf een offerte opvragen bij hun PACS-leverancier en mogen zelf schakelen met het ETZ als ze vragen hebben over hoe het in de praktijk werkt. Ik organiseer online bijeenkomsten met Gijs Schilten van Twiin om iets te vertellen over de voortgang van het project in het algemeen. Vervolgens krijgen de projectleiders van de ziekenhuizen de gelegenheid om elkaar te laten weten waar ze in het traject staan en waar ze tegenaan lopen. Zo bied ik een platform voor kennisdeling.”

Hoe ziet de toekomst van gegevensuitwisseling er uit?

“Vanuit de RSO’s vinden we dat XDS de lange termijnoplossing is. Onze aangesloten ziekenhuizen en radiotherapeutische centra denken er net zo over. Want via XDS kun je ook labresultaten en OK-verslagen delen. Een goed werkend landelijk XDS-netwerk blijft dus het einddoel. Maar in de tussentijd willen we wel onze deelnemers bedienen. We willen beelden uitwisselen, ook buiten de regio. Bijvoorbeeld naar de verschillende academische ziekenhuizen. Er zijn nu spoedpatiënten die geopereerd worden in het ziekenhuis 25 kilometer verderop. Je wilt dat de beelden van die patiënt eerder beschikbaar zijn, dan dat de patiënt daar arriveert. Een dvd branden kost tijd, daar kun je de patiënt die al in de ambulance ligt niet op laten wachten. Met XDM hebben we in ieder geval een landelijk netwerk en kan die dvd de zorg uit.”

    Aansluiten op Twiin

    Twiin ontwikkelt een duurzame oplossing om beelden en verslagen van een patiënt beschikbaar te maken op volgorde van tijd in de werkomgeving van de zorgverlener. Ook als deze gemaakt zijn bij andere zorgaanbieders. Deze oplossing zal naast beelden en verslagen, inzage gaan geven in steeds meer gegevens van een patiënt. Het ontwerp, de bouw en implementatie van deze volledige oplossing vergt veel tijd.

    Als eerste stap maakt Twiin het daarom mogelijk beelden en verslagen, al dan niet geautomatiseerd en geïntegreerd in de werkomgeving, te versturen en te ontvangen. Zodat het gebruik van de dvd niet langer nodig is. Bijvoorbeeld tijdens de volgende praktijksituaties:

    • Bij de overdracht van patiëntgegevens van een patiënt die bestraald moet worden in een radiotherapeutisch centrum. Het ziekenhuis verstuurt dan PET-CT’s en MRI’s met bijbehorend verslag.
    • Bij een acute doorverwijzing van topklinische of perifere spoedeisende hulp (SEH) naar een traumacentrum. De op de SEH reeds gemaakte CT brein kan al verstuurd zijn voordat de patiënt in de ambulance gaat. Tijdige analyse in het traumacentrum kan als uitkomst hebben dat het insturen van de patiënt geen zin heeft. Of men ziet dat acuut een neurochirurg opgeroepen moet worden.
    • Bij een complex orthopedische ingreep in een academische ziekenhuis gaat de patiënt in nazorg in het eigen ziekenhuis. De röntgenfoto’s vanuit het academische ziekenhuis zijn dan al beschikbaar in het lokale ziekenhuis.
    • Bij revalidatie van die patiënt bij de fysiotherapeut op de hoek. Ook de fysiotherapeut kan de beelden bekijken. Omdat hij geen PACS heeft, gebruikt hij de viewer in het Twiin-portaal.
    • Bij het delen van beelden met de patiënt. Ook hij krijgt toegang tot het Twiin-portaal en kan de beelden zelfs downloaden en op zijn computer bewaren. Handig bijvoorbeeld als hij een second opinion wil. Al is dat van een arts in het buitenland.